Studenten met een graad

Heb je op of na 1 september 1991 al een aan jouw opleiding gelijkgestelde graad/diploma behaald aan een bekostigde Nederlandse universiteit of hogeschool (raadpleeg het CROHO-register)?

Gelijkgestelde graad bachelor
  • een hbo of wo bachelordiploma 
  • een hbo einddiploma
  • een afsluitend examen van een ongedeelde wo-opleiding
Gelijkgestelde graad master
  • een hbo of wo masteropleiding waarbij het afsluitend examen is behaald
  • een afsluitend examen van een ongedeelde wo-opleiding

Dan betaal je het instellingstarief voor een bachelor (pdf) of master (pdf). Je betaalt ofwel het EU/EER of niet-EU/EER instellingstarief afhankelijk van je nationaliteit.

Uitzonderingen

Hoogte en motivering van het instellingstarief

De Nederlandse overheid subsidieert één bachelor en één masteropleiding voor studenten die aan de nationaliteitseis voldoen (d.w.z. de nationaliteit hebben van een land uit de EU/EER, Suriname of Zwitserland). Deze studenten betalen voor hun opleiding het wettelijk tarief.

Voor tweede opleidingen en studenten die niet onder de nationaliteitseis vallen, geldt het instellingstarief. Hiervoor krijgt de universiteit geen overheidssubsidie. De Universiteit Utrecht hanteert het instellingstarief in beginsel in alle gevallen waar er geen overheidssubsidie is. Het instellingstarief is vastgesteld op basis van het bekostigingsbedrag dat voor de betreffende studie zou worden ontvangen van de overheid, plus de hoogte van het tarief wettelijk collegegeld. De overheid hanteert drie groepen van bekostiging: laag, hoog en top. Deze corresponderen grofweg met alfa/gamma, bèta en medisch. Voor masteropleidingen is er meer bekostiging dan voor bacheloropleidingen. De instellingstarieven volgen deze systematiek en de bijbehorende categorisering.