In gesprek met Mendy over de Tolakker, de nieuwbouw en geen eigen werkplek
Mendy Meeuwsen werkt al 7 jaar bij de faculteit Diergeneeskunde. Per 1 oktober is zij gestart als programmamanager IHP (Integraal Huisvestingsplan) en neemt daarbij het stokje over van Marije Werelds die deze functie interim vervuld heeft.
Mendy, je bent pas net begonnen als programmamanager. Wat zijn je eerste indrukken?
"Het huisvestingsprogramma is uitdagend. In de zin van dat er veel tegelijk speelt, er veel partijen zijn betrokken en ik op een rijdende trein spring. In de afgelopen weken heb ik de mensen leren kennen, hoe er binnen de verschillende projecten gewerkt wordt en waar de knelpunten zitten. Niet alles gaat vlekkeloos, maar we leren er met elkaar van en doen het de volgende keer beter. Het is ook goed te zien dat zowel bestuur als medewerkers betrokken zijn en tijd in het programma steken."
Met huisvesting heb je te maken met zowel je eigen faculteit als het Woonbedrijf van de UU, maar daarnaast ook nog met architecten, aannemers, bouwvakkers, e.d. De bouw van de O&O faciliteit bij de Tolakker en de nieuwbouw van het faculteitsgebouw zijn voor de meeste medewerkers dan ook ondoorzichtige processen. Zo kregen we het bericht dat een deel van het terrein bij de Tolakker gereed gemaakt ging worden voor de bouw, om direct daarna te horen dat dat niet doorging. Hoe zit dat nou?
"Het ontwerp voor de O&O faciliteit bij de Tolakker is eerder dit jaar afgerond. Daarna zijn wij op zoek gegaan naar een aannemer via een aanbesteding. Dit aanbestedingstraject heeft een aantal maanden in beslag genomen. Begin oktober sloot de inschrijvingstermijn voor de aannemers die in de eerste fase van de aanbesteding waren geselecteerd. Het maximale bedrag dat voor de nieuwbouw is gereserveerd, werd echter met een significant bedrag overschreden. Hierdoor zijn er geen geldige inschrijvingen ontvangen.
Op dit moment vindt een analyse van de aanbesteding plaats, om een beter beeld te krijgen waardoor de aanbesteding niet succesvol is geweest. Daarnaast wordt het ontwerp opnieuw bekeken, om te zien of aanpassingen mogelijk zijn waarbij het concept van het gebouw overeind blijft, maar het beter betaalbaar wordt. Het vraagt enige tijd om deze stappen zorgvuldig met elkaar te doorlopen. De aanvullende informatie is nodig om te kunnen bepalen hoe we verder gaan. Op zo’n moment stop je dus ook met het bouwrijp maken van een terrein."
Je hebt zelf per 1 november ‘jouw’ kamer opgegeven en werkt daardoor ineens flexibel binnen de faculteit. Hoe bevalt dat?
"Vroeger was ik als adviseur niet anders gewend. Maar de afgelopen jaren ben ik toch wel gewend geraakt aan een eigen kamer met overlegplek. Het is dus weer even wennen. Ik zoek nu een werkplek bij de collega’s in de buurt waar ik een afspraak mee heb of die dag mee samenwerk. Ik ben als programmamanager IHP niet aan een gebouw gebonden en kan overal neerstrijken. Het leuke is dat ik daardoor veel meer collega’s spreek. Het is nog wel een uitdaging om niet te veel spullen mee te slepen, om ze vervolgens ergens te vergeten."
Waar kijk je heel erg naar uit in deze nieuwe functie en waar zie je juist een beetje tegenop?
"Ik kijk er naar uit om met mijn (bouwkundige) achtergrond en kennis van de universiteit en faculteit een bijdrage te leveren aan het IHP DGK. En met de collega’s voor collega’s ‘mooie’ gebouwen en een passende werkomgeving te realiseren. Ik zie niet per se ergens tegenop. Maar projecten binnen tijd en geld realiseren blijft een uitdaging, omdat je op veel aspecten immers beperkt of geen invloed hebt. Die uitdaging ga ik niet uit de weg."