Besteding kwaliteitsgelden Bètawetenschappen
Besteding geld studiebeurs voor kwaliteit onderwijs
Waar gaat jouw studiebeursgeld naartoe?
Door de invoering van het leenstelsel zijn er in 2019 kwaliteitsgelden, toen nog studievoorschotmiddelen genoemd, vrijgekomen voor investering in het hoger onderwijs. De faculteit Bètawetenschappen zet het grootste gedeelte van het geld in op kleinschalig en intensiever onderwijs. De overige kwaliteitsgelden gaan naar effectieve studentbegeleiding.
De verbeterplannen rondom de twee thema’s lees je in de uitklapmenu's hieronder. Deze plannen zijn deels al gerealiseerd, deels wordt er nog aan gewerkt.
Meer mensen, meer aandacht voor leerproces
De faculteit Bètawetenschappen groeit en wil op onderwijs blijvend excelleren. Maar kleinschalig en intensief onderwijs komt onder druk te staan bij de groei in studentenaantallen. Door te investeren in meer mensen, maken we docenten vrij om meer aandacht te besteden aan het leerproces van studenten en dus beter onderwijs. Bovendien verlicht meer ondersteuning de gevoelde werkdruk van docenten.
Super Teaching Assistants
Een voorbeeld van extra ondersteuning zijn Super Teaching Assistants (STA’s). Dat zijn AIO’s (Assistent in Opleiding) en postdocs die extra tijd krijgen voor onderwijsactiviteiten en waarvan het contract verlengd wordt. Het is de bedoeling dat deze STA’s een onderwijscertificaat aan het einde van hun aanstelling krijgen.
Nieuwe cursussen en nieuwe leermiddelen
Ons onderwijs moet altijd in beweging blijven om de ontwikkelingen in de maatschappij op te vangen en onze studenten goed voor te bereiden op het werkveld en/of op een carrière in onderzoek. Daarom zetten we niet alleen in op meer mensen, maar ook op onderwijsinnovatie.
Per departement verschillen de plannen, maar in de meeste gevallen wordt er geïnvesteerd in de ontwikkeling van nieuwe cursussen en de aanpassing van een aantal bestaande cursussen. Bij een aantal opleidingen werken ze aan nieuwe leerlijnen die aansluiten bij de vraag van het onderzoeksveld en/of beroepenveld.
Daarnaast wordt er ingezet op nieuwe leermiddelen en didactiek die past bij zoveel mogelijk studentleerstijlen. Het doel hiervan is een verbeterde leeropbrengst en een goede leerervaring. Bovendien krijgen de vaardigheden van docenten door innovaties rondom leerstijlen en leermiddelen een extra boost.
Bekijk de plannen per departement
Benieuwd naar de plannen van jouw opleiding voor dit thema? Klik op de uitklapjes hieronder om de punten per departement te bekijken (per departement staat welke opleidingen eronder vallen):
De kwaliteitsgelden gaan naar de bacheloropleidingen Informatiekunde en Informatica, de masterprogramma’s Game & Media Technology, Computing Science, Business Informatics, Human Computer Interaction, de masteropleiding Artificial Intelligence en in de nabije toekomst de master Applied Data Science.
Binnen de bachelorprogramma's wordt ingezet op:
- Vernieuwen van leerlijnen in academische vaardigheden en kunstmatige intelligentie (Informatica), specifieke technische leerlijnen (Informatiekunde) en leerlijn wetenschappelijke onderzoeksmethoden.
- Ontwikkeling van studiepad Kennis en Data Analytics (Informatiekunde)
- Vernieuwen van cursussen (o.a. computerarchitectuur & Netwerken, Logica voor Informatica)
- Herziening introductieproject. Er heeft een pilot plaatsgevonden met een herziene opzet van het Introductieproject voor de Gametechnologie doelgroep (Informatica)
- Inventariseren leerdoelen en topics. De eerste slag in de uniformering van de registratie van de huidige cursusinformatie heeft binnen Osiris plaatsgevonden (Informatiekunde, Informatica); evaluatie van kerncurriculum Informatiekunde is in gang gezet.
Binnen de verschillende masterprogramma’s wordt ingezet op:
- Hernieuwen en/of ontwikkelen van in totaal tien cursussen. Drie cursussen voor COSC, een voor GMT, drie voor AI, twee voor HCI en een voor MBI.
- Inrichten Human-Centred Computing Lab (RobotLab).
- Vernieuwing Motion Capture and Virtual Reality Lab.
- Onderzoeken waardering en verbetering programma Business Informatics.
Voor de bachelor Biologie heeft het departement de kwaliteitsgelden als volgt ingezet:
- Voor de bachelor biologie is er een docent Organismale Biologie aangesteld. Er zijn verschillende cursussen herzien waaronder Evolutionaire Ontwikkelingsbiologie. Ook worden innovatieve werkvormen in de cursussen geïntroduceerd.
- Uitbreiding van de aanstelling coördinator van het studiepad Ontwikkelingsbiologie. Er zijn o.a. extra digitale modules ontwikkeld voor Ontwikkelingsbiologie niveau 2 en andere onderwijsvormen zijn ingezet.
- Aannemen van docent arbeidsmarkt oriëntatie en tutoraat.
- Aannemen van drie Super Teaching Assistents (STA’s). Zij worden ingezet voor het ontwikkelen en geven van een niveau 3 biotechnologie cursus alsmede in andere cursussen om onderwijs te kunnen geven in kleinere groepen.
Binnen het departement Biologie vallen verschillende masterprogramma’s. De programma’s zijn BioInformatics and BioComplexity, Environmental Biology, BioInspired Innovation en Science and Business Management.
De plannen voor de masterprogramma's:
- Er een nieuw masterprogramma opgezet: BioInformatics and BioComplexity. Hiervoor is een coördinator en docent aangesteld.
- Keuze uit een extra profiel (Bioinformatics profile) voor alle programma’s. Hiervoor zijn twee cursussen ontwikkeld en drie worden er verbeterd.
- Het ontwikkelen van twee cursussen en herzien van nog twee andere cursussen, waaronder de cursus Introduction to R voor studenten van de masterprogrammas van de Graduate School of Life Sciences (GSLS).
Het departement Farmaceutische wetenschappen heeft verschillende deelplannen gemaakt voor de bachelor Farmacie, waaronder College of Pharmaceutical Sciences (CPS) en de masters Farmacie en Drug Innovation.
De plannen:
- Herontwerpen van verschillende cursussen binnen de bachelor- en masterprogramma's. Hieronder valt ook het digitaliseren van cursussen.
- Herzien van het gehele curriculum van CPS
- Introduceren studiepaden in het curriculum van Drug Innovation
- Verbeteren van feedback bij coschappen in de master farmacie.
- Aannemen van vijf juniordocenten. Zij doen onderzoek naar nieuwe ontwikkelingen en integreren dit binnen hun onderwijs.
- Opzetten van een skillslab waar studenten kunnen oefenen met specifieke labvaardigheden, aanvullend op het reguliere onderwijs.
Het departement natuurkunde heeft verschillende plannen gemaakt en deels al ten uitvoer gebracht die ten goede komen aan de bachelor Natuur- en Sterrenkunde en de masterprogramma’s Theoretical Physics, Experimental Physics, Climate Physics.
De plannen:
- Inzetten van meerdere Super Teaching Assistants (STA’s) in zowel de bachelor en de master. Zij bieden ondersteuning in de cursussen: Statistische Fysica, Klassieke Mechanica, Golven en Optica, Electromagnetisme en Structuur der materie (bachelor), Statistische Fysica, Quantum Mechanica, Quantum Field Theory en Statistics Field Theory (THPH), nieuwe cursus in Particle Physics en Experiment Design (EXPH), Dynamical Meteorology (CLPH).
- Inzet van een docent Voortgezet Onderwijs
- In samenwerking met het internationale Molecular and Biophysical Life Sciences-programma komt er een nieuwe cursus in Biophysics in de bachelor, waarvan de opzet begeleid wordt door een STA.
Het Departement Scheikunde heeft verschillende plannen gemaakt die ten goede komen aan de bachelor Scheikunde, het MLS studiepad, de master Nanomaterials Science, de master Molecular and Cellular Life Sciences en in de nabije toekomst de bachelor MBLS.
De plannen:
- Insteek van kwaliteitsgelden via inhoudelijke plannen geopperd door docenten binnen de leerlijnen van Scheikunde: vernieuwing/ontwikkeling van cursussen en practica, en maken en aanschaffen van les- en practicummateriaal en digitale middelen voor activerend onderwijs (b.v. kennisclips, software, practicumapparatuur, molecuulbouwdozen).
- Inzet van studentassistenten (7) bij verbeteren/vernieuwen van lesmateriaal, werkcollege en practica, bij het maken van kennisclips en voor extra ondersteuning bij werkcolleges en nakijken van opdrachten
- Docent aangesteld voor leerlijn Chemie in context die onderdelen van het curriculum in meer maatschappelijke/ethische context zet. Zowel voor bachelor als master.
- Realiseren van digitaal practicum binnen nieuwe cursus en van een ’opfris’ e-module plus oefenmateriaal in wiskunde bij de master
Het departement wiskunde heeft verschillende plannen gemaakt die ten goede komen aan de bachelor Wiskunde en de master Mathematical Sciences.
Voor de bachelor Wiskunde hebben we onder meer:
- Twee junior docenten aangenomen voor werkcollegeonderwijs.
- Twee docenten van de HU gedetacheerd voor het onderwijs.
- De aanstellingen van studentassistenten uitgebreid. Deze studenten hebben geholpen bij het coördineren van het online/hybride onderwijs en bij het ontwikkelen van nieuwe toets- en lesmethodes. Ook hebben zij studenten extra ondersteuning gegeven bij vakken en intensieve begeleiding gegeven aan tutorgroepen.
- Schrijftabletten gekocht voor de online werkcollegebegeleiding.
- Nieuw cursusmateriaal ontwikkeld voor een aantal bachelorvakken.
Voor de master Mathematical Sciences hebben we onder meer:
- Extra kleinschalige lokale vakken aangeboden, waaronder het vak Categories and Topology.
Onze studenten in de medezeggenschapsorganen gaven aan dat ze graag de mogelijkheid willen om frequenter af te kunnen spreken met de studieadviseurs. Om dit te realiseren, zijn er vier studieadviseurs extra aangenomen. Naast de reguliere studieadviseurswerkzaamheden, richten deze medewerkers zich op studentenwelzijn, studievoortgangsmonitoring, de verbetering van de tutoraten, arbeidsmarktoriëntatie, internationalisering en de zichtbaarheid van de studieadviseurs.
Hieronder vatten we per onderwerp samen wat is/wordt verbeterd:
Studentenwelzijn
Voor studentenwelzijn wordt de aandacht gelegd op 3 thema’s:
- Studiedruk en stress
- Sociale veiligheid en inclusiviteit
- Versterking van veerkracht en stressmanagement
Acties Studiedruk en stress
Voor thema 1 (Studiedruk en stress) wordt op beleidsniveau bekeken hoe de ervaren stress verlaagd kan worden. Daarbij wordt onder andere gedacht aan het inbouwen van rustmomenten binnen het curriculum. Een voorbeeld hiervan is het initiatief van het departement Natuurkunde, waar in 2021 en 2022 wordt geëxperimenteerd met een collegevrije week.
Acties sociale Veiligheid en inclusiviteit
Thema 2 (Sociale veiligheid en inclusiviteit) richt zich op het onderzoeken van de opleidingsculturen. In hoeverre voelen studenten zich welkom binnen de opleiding en is de drempel om hulp te vragen laag? Dit thema speelt breder dan alleen de opleidingen. Zo is in 2021 binnen de faculteit, onder leiding van de decaan, een signaleringsoverleg voor sociale veiligheid opgezet. Het doel is om de signalen van studenten en medewerkers bij elkaar te brengen en de sociale veiligheid te verhogen. Eén studieadviseur neemt deel aan dit overleg. Verder is op de studentenwebsite gewerkt aan een betere communicatie, zodat het voor studenten duidelijk wordt waar ze terecht kunnen bij problemen.
Acties versterking van veerkracht en stressmanagement
In het kader van thema 3 (Versterking van veerkracht en stressmanagement) zijn in de afgelopen jaren meerdere workshops aangeboden, die zich richten op de omgang met stress. Het plan is om het trainingsprogramma uit te breiden. Dit betreft trainingen in het kader van omgang met prestatiedruk, versterking van veerkracht en optimaal leren samenwerken met de scriptiebegeleider.
Structuur en sociale contacten
Daarnaast zijn in 2020 zijn zeven studiegroepen opgezet met als doel om studenten structuur en sociale contacten aan te bieden ten tijde van online onderwijs. Binnen de Faculteit Bètawetenschappen is ook een survey uitgezet om te onderzoeken welk effect de pandemie heeft gehad op de studentenwelzijn. De uitkomsten en adviezen die hieruit voortvloeiden zijn gedeeld met de opleidingsdirecteuren.
Tot slot is er een actieve samenwerking ontstaan tussen de medewerkers die zich op centraal niveau en op facultair niveau bezighouden met studentenwelzijn. Door deze samenwerking is bijvoorbeeld een facultaire bijdrage aan de Wellbeing Week tot stand gekomen en is de workshop ‘Pak stress’ specifiek aan Bètastudenten aangeboden. De faculteit verwacht in de toekomst meer vruchten te plukken van deze samenwerking.
Studievoortgangsmonitoring
Om te zorgen dat studenten sneller de juiste begeleiding krijgen, nemen studieadviseurs vaker zelf contact op met een student. Dit doen de studieadviseurs op basis van vastgestelde criteria (bijvoorbeeld minder dan de helft van het mogelijke aantal te behalen punten in een half jaar). Studenten die fluitend door hun studie lijken te gaan worden enkel geïnformeerd over het begeleidingsaanbod (dit kan verschillen per opleiding).
Er werd al aan studievoortgangsmonitoring gedaan, maar in 2021 is onderzocht hoe dit efficiënter kan. Door beter gebruik te maken van de beschikbare data in Osiris, kunnen studieadviseurs de studenten nu sneller en vaker monitoren. Zonder dat dit ten koste gaat van de directe studentbegeleiding.
Betere zichtbaarheid
Meer studieadviseurs betekent ook meer zichtbaarheid. Alle studieadviseurs binnen de faculteit zijn aanwezig tijdens de introducties, open dagen en andere (digitale) evenementen. Veel van de studieadviseurs zijn betrokken bij het geven van workshops, trainingen en studiegroepen. Ook kan je makkelijk via een online agenda afspraken maken (zowel online en wanneer de maatregelen rondom corona dit toelaat, fysiek), en zijn de studieadviseurs te vinden op de studentenwebsite. Met de vergrootte en verbeterde zichtbaarheid, hopen de studieadviseurs dat de drempel wordt verlaagd om hen te benaderen en dat zij makkelijker te vinden zijn.
Verbetering tutoraten
In 2020 is er uitgebreid onderzoek gedaan naar het tutoraat en is er advies gegeven over de succesfactoren en verbeterpunten. Per tutoraat is er een plan gemaakt en worden er verbeteringen doorgevoerd in de begeleiding van studenten. Een concreet gevolg is dat alle tutoraten inmiddels in min of meerdere mate gedifferentieerd zijn; elke fase van de studie vraagt om andere begeleiding, in de eerste fase zijn studentmentoren bijvoorbeeld erg belangrijk. Hierdoor wordt er nog beter aangesloten bij de begeleidingsbehoefte van de student per studiefase (van scholier-student-academicus).
Voorbereiden op de arbeidsmarkt
Een deel van de kwaliteitsgelden is besteed aan het vergemakkelijken van de overgang naar de arbeidsmarkt. Het afgelopen jaar is gestart met het beter integreren van Career Services-workshops (o.a. cv/motivatiebrief en LinkedIn) in het curriculum van zowel de bachelor als de master Farmacie. De studentevaluaties van deze workshop waren erg positief, dus we gaan hier volgend jaar graag mee door.
Verbeterde ‘Warm Welcome’
Voor internationale studenten is de Warm Welcome van de faculteit verbeterd. De facultaire introductie is beter afgestemd op het programma dat de universiteit centraal aanbiedt, zodat de programma’s elkaar beter aanvullen. Tevens is er meer aandacht voor de zachte landing van de internationale student na de start van de opleiding. Zo is er bijvoorbeeld een buddyprogramma voor de nieuwe bachelor Molecular and Biophysical Life Sciences (MBLS) opgezet, waarin Nederlandse studenten worden gekoppeld aan internationale studenten. Daarnaast hebben docenten een training gevolgd gericht op ‘the international classroom’. Tijdens de introductieweek wordt op dit moment binnen de GSNS de workshop ‘Studying in The Netherlands, the Dutch approach’ gegeven, waarbij internationals worden voorbereid op de Nederlandse cultuur en het Nederlandse onderwijssysteem. Deze pilot is goed ontvangen en wordt in 2022 uitgebreid naar de masterprogramma’s binnen de GSLS.
Denken studenten mee met de verbeterplannen?
Uiteraard. Sinds 2018 denken de studentleden uit de faculteitsraad en de opleidingscommissies actief mee. De verbeterplannen zijn gebaseerd op eigen ideeën van studenten en inhoudelijke aanvullingen vanuit docentleden. Dit zorgt ervoor dat de kwaliteitsgelden op een effectieve en doordachte manier worden uitgegeven.
Jaarlijkse monitoring voortgang
De departementen rapporteren jaarlijks waar de kwaliteitsgelden aan besteed zijn. De opleidings(advies)commissies becommentariëren deze rapportages en worden geraadpleegd indien plannen door omstandigheden wijzigen.
De facultaire rapportage wordt opgesteld met afgevaardigden uit de Graduate Schools (meestal opleidingscommissievoorzitters) en de faculteitsraad (meestal studenten) die de decaan adviseren over de voortgang. Jaarlijks ontvangt het College van Bestuur (CvB) een facultaire voortgangsrapportage inclusief een financiële verantwoording zodat zij deze gegevens kunnen verwerken in hun jaarrapportage.
Tot slot worden cursussen die zijn ontwikkeld vanuit kwaliteitsgelden net zoals andere cursussen geëvalueerd en aangescherpt.